Hout bezit een goede druk- en treksterkte een een goede elasticiteit. De warmtegeleiding van hout is gering. Droog hout bestaat voor ongeveer 50 procent uit koolstof. Het materiaal is dan ook goed brandbaar en ont vlamt gemakkelijk. Hout ontleedt bij hogere temperatuur ( 170 – 450 °C). Hierbij komen brandbare gassen en dampen vrij en vormt zich op het hout een houtskoollaag . De gassen en dampen verbranden, terwijl de houtskoollaag gloeit. Deze houtskoollaag voorkomt een snelle

opwarming van het hout eronder. Bij een brand volgens de standaard brandkromme , is de inbrandsnelheid van naaldhout ongeveer 4 cm per uur . Bij harde houtsoort en is de inbrandsnelheid lager.

De voor delen van hout bij brand zijn:

Daar staat tegenover dat hout wel bijdraagt aan de verhoging van de vuur belasting. Vuurbelasting is de hoeveelheid warmte die vrij komt bij volledig de verbranding van de in een ruimte of gebouw aanwezige brandbare materialen. Deze belasting wordt uitgedrukt in MJ/ m 2 of in kg vurenhout per m 2.

Hout kan onder meer op de volgende manieren worden beschermd tegen de inwerking van hoge temperaturen:

Net als het beoordelen van stalen bouwconstructies met betrekking tot de brandveiligheid, is ook het beoordelen van houten bouwconstructies specialistisch werk. Bij twijfel is het dus noodzakelijk om een deskundig en onafhankelijk advies te vragen van bijvoorbeeld een constructeur. Daarnaast zijn er diverse brochures op de markt van fabrikanten van brandwerende plaatmaterialen.